De komende maanden staan in het teken van grootse politieke momenten: het regeerprogramma, de Algemene Politieke Beschouwingen en de eerste begrotingen van het nieuwe kabinet. Maar minstens even belangrijk zijn de debatten die in de tussentijd gevoerd worden, waarin ook fundamentele richting gegeven wordt aan zaken die niét in het hoofdlijnenakkoord staan. Één van die onderwerpen is digitale soevereiniteit. Laat dat nou net een onderwerp zijn waar de Kamer veel over gaat debatteren de komende tijd en waar we het nieuwe kabinet stellingname zullen zien nemen. Wat het is? Consultant Daan Hofland vertelt het in deze blog.
Wie de politiek rondom het digitale dossier het afgelopen jaar gevolgd heeft, is er niet aan ontkomen: digitale soevereiniteit, open strategische autonomie of economische veiligheid. Het zijn allemaal begrippen voor hoe wij ons als Nederland en als Europa dienen te verhouden tot een complexe digitale economie van chipfabrikant tot AI-ontwikkelaar, waar wij niet altijd de beste oplossingen in eigen huis hebben en dus een afhankelijkheid kennen. Hoewel we in Nederland uitstekende lithografiemachines maken, is er geen grootschalig Nederlandse chipmaker, datacenterontwikkelaar, of cloudalternatief.
Aftrap door het vorige kabinet
Het vorige kabinet is al begonnen met een visie schetsen op digitale soevereiniteit. Zo presenteerde het de Nationale Technologiestrategie (NTS), dat de bouwstenen geeft voor een strategisch technologiebeleid door sleuteltechnologieën te identificeren waar Nederland een unieke positie op kan bereiken.
Onder de tien geprioriteerde sleuteltechnologieën vallen quantum en cybersecuritytechnologie, maar ook biomolecular and cell technologies en geïntegreerde fotonica. Ook kwam Rutte-IV met de Agenda Digitale Open Strategische Autonomie (DOSA), een beleidskader waarmee het middels gerichte investeringen in innovatieve sectoren en het wegnemen van obstakels voor opschalende bedrijven een groei-impuls wilde geven aan nationale digitale sectoren. Kortom, de kaders zijn door het vorige kabinet geschetst en er zijn technologieën geprioriteerd.
De puzzel moet nog worden gelegd
In de Kamer is met name de cloudmarkt onderwerp van kritiek geweest. Omdat deze markt als geen ander voordeel heeft van schaalvergroting en het integreren van steeds meer applicaties in een overzichtelijk pakket, is deze markt uitgegroeid tot een van beperkte spelers.
Om dit tegen te gaan hebben Kamerleden Barbara Kathmann (GL-PvdA) en Jesse Six Dijkstra (NSC) een initiatiefnota geschreven, Wolken aan de horizon. De nota bevat een set maatregelen die de overheid kan nemen om ervoor te zorgen dat alternatieve partijen hun intrede in deze markt kunnen doen. Maar er is meer, naast een notaoverleg over Wolken aan de horizon staan er op de agenda een commissiedebat Digitale infrastructuur en economie (3 oktober), een commissiedebat Economische veiligheid en strategische autonomie (7 november) en een nader in te plannen plenair debat over de afhankelijkheid van de Rijksoverheid van buitenlandse techbedrijven.
Het wordt interessant om te zien hoe de Kamerleden in deze aankomende debatten een concrete discussie over digitale soevereiniteit gaan voeren met elkaar en met het kabinet. Er ligt immers al een hoop papierwerk met onder andere de DOSA en de NTS, maar tot concreet beleid heeft dit nog niet tot nauwelijks geleid. Blijft de Kamer in de soevereiniteitsdiscussie gefocust op de cloud, of komen ook andere sleuteltechnologieën aan bod? En welke koers gaat het nieuwe kabinet varen op dit vlak? Op dit moment blijft het nog gissen of dit kabinet het papierwerk van Rutte-IV overneemt of het (deels) in de papierbak gooit. Het wordt zo een flinke puzzel die het kabinet, in discussie met de Kamer, komende maanden moet gaan leggen.
Wilt u meer weten over wat deze discussie voor uw organisatie betekent en op de hoogte blijven van de ontwikkelingen op dit dossier? Neem dan contact op met ons Tech Team.