De digitale transitie gaat rap en raakt ons allemaal: online platforms, grote techbedrijven, de overheid en de gebruikers van digitale diensten of producten. Tegelijkertijd zorgt de verschuiving van offline naar online voor een nieuwe denkwijze over onder andere mensenrechten.
Binnenkort praat de Tweede Kamer over de bescherming van persoonsgegevens én digitale grondrechten, een onderwerp dat ook politiek steeds meer aandacht krijgt. In deze blog duiken we dieper in de betekenis van digitale grondrechten en hoe deze cruciale rechten in de digitale sfeer worden beschermd, met speciale aandacht voor de recente Europese digitale strategie.
Wat zijn digitale grondrechten en welke stappen worden er gezet?
Een grondrecht, digitaal of niet, is een recht dat door een grondwet gewaarborgd wordt of dat de mens van nature toekomt. Voorbeelden van grondrechten zijn te vinden in de Bill of Rights (1791) uit de Verenigde Staten, of in onze grondwet. Grondrechten moeten persoonlijke vrijheid en een menswaardig bestaan waarborgen en burgers daarnaast ook beschermen tegen de macht van de overheid of bedrijven.
Dit geldt evenzeer voor het digitale domein. Als gebruiker of afnemer van een online dienst of product, ga je een overeenkomst aan met de andere partij. Ook word je blootgesteld aan vormen van beïnvloeding en het verkrijgen van verschillende soorten informatie. Om beide partijen hierin te beschermen zijn er digitale grondrechten nodig.
De EU schenkt met haar nieuwe digitale strategie onder andere aandacht aan het borgen van digitale grondrechten, zoals het beter reguleren van het algoritmegebruik door publieke en private organisaties. Alhoewel de inzet van algoritmes nuttig kan zijn voor overheden en bedrijven, kleven er ook duidelijke risico’s en gevaren aan. Met een herijking van digitale grondrechten en nieuwe spelregels wordt de consument een stuk beter beschermd.
Zo wil Europa met de verordening digitale diensten de verspreiding van illegale content en desinformatie tegengaan en de grondrechten van gebruikers online beter beschermen. Deze verordening hanteert het principe dat alles dat offline als strafbaar of onrechtmatig wordt beschouwd, ook voor online handelingen geldt. De Data Governance Act (DGA) zorgt voor een raamwerk van data-sharing waarin betrouwbaarheid, toegang en neutraliteit gewaarborgd wordt. Ook regelt deze wet het delen van data door bedrijven en burgers via databemiddelingsdiensten. De uitvoeringswet algemene verordening gegevensbescherming heeft als doel het beschermen van persoonsgegevens en de bevordering van vrij verkeer van gegevens binnen de EU.
In hoeverre werken deze plannen?
Over het algemeen is er consensus dat de EU stappen op het gebied van digitale grondrechten moet zetten. Maar de meningen lopen uiteen of deze stappen ook allemaal in de goede richting worden gezet. Criticasters vragen zich hardop af of de wet- en regelgeving omtrent data en AI eerlijk en rechtvaardig is ten opzichte van de gehele samenleving. Volgens hen bestaan er nog te veel blinde vlekken en biases bij de ontwikkelingen van data en AI, en zijn de voor- en nadelen van gebruik van bijvoorbeeld algoritmes nog onevenredig verdeeld over verschillende groepen in de samenleving.
Makers van AI-toepassingen zouden van symptoombestrijding naar responsibility by design moeten gaan, en niet responsief problemen moeten aanpakken maar preventief, onder meer door het integreren van ethische overwegingen in alle stadia van ontwikkeling. Dit kan bijvoorbeeld door in de ontwerpfase verschillende groepen te betrekken, stil te staan bij mogelijke biases of vooringenomenheid of door het transparant maken van de besluitvormingsprocessen van AI-systemen.
Toepasbaar voor iedereen?
Ook zijn er twijfels of de huidige wetgeving praktisch, toegankelijk en bruikbaar is wanneer dit uitgaat van een one-size-fits-all principe. De wetgeving functioneert als procedurele waarborg voor mensenrechten, maar rechten zijn intersectioneel en context-afhankelijk. Elke platformgebruiker is anders, en niet alle problemen of mensenrechtenschendingen zijn hetzelfde of worden op eenzelfde manier ervaren.
Een voorbeeld hiervan is het grote aantal gebruikers van social media dat onterecht wordt verwijderd, vanwege een algemene benadering waarbij context of interculturele verschillen niet in overweging genomen worden. Ook rijst de vraag wie de waarborgen bepaalt: is dat de overheid, zijn het platformen zelf, of een combinatie van beide? En zelfs met de genoemde regels en wetten vanuit de EU, blijft het de vraag of dit goed toepasbaar en bruikbaar is in het geval van een overtreding. Desondanks behoort de digitale strategie van de EU tot een uniek pakket aan verordeningen, regels en maatregelen die ervoor moeten zorgen de mondiale digitalisering bij te blijven.
Ook in Den Haag leeft het onderwerp enorm en praat de Tweede Kamer binnenkort wederom over de bescherming van persoonsgegevens en digitale grondrechten. Tijdens dit debat en andere toekomstige beschouwingen moet de Tweede Kamer zich goed buigen over de vertaling van deze herijking van Europese digitale grondrechten naar Nederland.
Wat betekent dit voor public affairs?
Het is van groot belang dat digitale grondrechten ten allen tijde geborgd worden door zowel overheid als bedrijven. Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de publieke en private sector, waarbij transparantie en verantwoordelijkheid centraal staan.
Met meer dan twintig jaar ervaring in public affairs en bedrijfscommunicatie in Nederland en in Brussel kan Publyon helpen met een effectieve strategie. Wilt u meer weten over wat deze wet- en regelgeving voor uw organisatie betekent en op de hoogte blijven van de ontwikkelingen op dit dossier? Neem dan contact met ons op.